vb. verlichting, verwarming, etc...
Tel de opgegeven vermogens bij elkaar en bepaal welke stroomgroep voor u geschikt is
vb. 1 halogeenlamp van 500W en een verwarming van 1250W
Ohmse-belasting 500W + 1250W= 1750W gevraagd vermogen.
Vermenigvuldig het gevraagde vermogen met 1.
vb. haakse slijper
Vermenigvuldig het opgegeven vermogen van de haakse slijper met 1,3 (stroompiek bij start van de machine)
vb. haakse slijper met opgenomen motorvermogen van 2500W
stroomgroep= 2500W x 1,3= 3250W
vb. inverter laspost
Vermenigvuldig het ingangsvermogen van de inverter met 1,3
vb. inverter met ingangsvermogen van 2500W
stroomgroep= inverter 2500W x 1,3= 3250W
vb. compressor, zaagtafel, pomp, etc...
Vermenigvuldig het opgegeven vermogen van de machine met 3 (stroompiek bij start van de machine)
vb. compressor met opgenomen motorvermogen van 1800W
stroomgroep= 1800W x 3 = 5400W
Betonmolen: vermenigvuldigen met 3.5
Hogedruk: vermenigvuldigen met 3.5
Plaasterspuit: vermenigvuldigen met 3.5